Deze videogames worden dertig dit jaar
Je gelooft nooit dat deze vijf videogames al dertig jaar oud zijn, maar jazeker: ergens in 1987 verschenen iconische titels Final Fantasy, California Games, Double Dragon en – heheh – Leisure Suit Larry. Maar ook een iets minder bekende titel als Barbarian: The Ultimate Warrior, die een enorme impact heeft gehad op de verdere ontwikkeling van het medium.
Final Fantasy
De eerste Final Fantasy was erg letterlijk bedoeld als de ‘allerlaatste fantasie’, een zwanenzang voor het toen bijna bankroete Japanse uitgever Square. De game werd op een bescheiden 200.000 exemplaren gedrukt, en had dus alles om te verdwijnen als een futiele poging om te wedijveren met toenmalig concurrent Enix’ Dragon Quest-reeks. Maar toen gebeurde het: de eerste exemplaren gingen als gek de deur uit, waardoor Square zichzelf nog nipt uit de nesten kon brengen. En het opzet van de game, een nog ongecompliceerd fantasy-epos rond een kwade ridder, sloeg zo aan dat Square meteen overging tot een sequel. Ontwerper Hironobu Sakaguchi had echter geen zin om een vervolgverhaal te maken: onder de fantasyplot had hij een hele thematische laag geparkeerd, met elementen als (zoals hij zelf aangaf in het magazine Famitsu) “liefde, verraad, ontdekking, compromis, en persoonlijke ontmoetingen”, en dat verhaal was in zijn ogen ‘af’. Dus deed hij iets wat een handelsmerk zou worden voor de hele reeks: hij begon voor opvolger Final Fantasy II (1988) gewoon van nul.
California Games
Het waren de laatste jaren van het 8-bit-tijdperk, en de graphics waren dus nog steeds om van te janken, maar je merkte dat gamemakers alles uit die frêle processoren aan het persen waren dat erin zat, en dat ze beter en beter snapten wat ze moesten doen om de speler zijn aandacht te behouden. Dus kwam er in het surf-minispelletje van California Games af en toe een haaienvin door de wateren geploegd. En de graphics, ook al waren ze blokkig en in een beperkt aantal kleuren, brachten je inderdaad rechtstreeks in de sfeer van het zonnige California, een gewest dat in de populaire cultuur van de late jaren 80 als een soort Aards Paradijs werd gezien.
Double Dragon
Eén of twee spelers namen in Double Dragon de joysticks ter hand als de twee bovennatuurlijk gespierde All-American teenage broers Billy Lee en Jimmy (pomp Beavis & Butthead vol met steroïden, en je had zo’n beetje de protagonisten van deze game), die in een zijwaarts scrollende beat ‘em up alle aanvallers in de straten moesten zien af te ranselen. Vechtgames waren er al in alle maten en gewichten: martial arts waren hip, de straatcultuur ook, waardoor er eigenlijk weinig was waarmee een nieuwe game nog een verschil kon maken: alles, zo leek het, was al gedaan in titels als Kung Fu Master, Yie-Ar Kung Fu en International Karate. Maar het was dankzij de details dat Double Dragon een klassieker werd in het genre, die naast – en in vele opzichten zelfs boven – de zonet genoemde titels mag staan.
Leisure Suit Larry in the Land of the Lounge Lizards
Videogamepersonages waren maar brave ventjes voordat Leisure Suit Larry op de proppen kwam. De wat zielepotige vrouwengek legde de lat op gebied van seks en humor in videogames een eindje hoger. In Land of the Lounge Lizards verliest de double entendre-spuwende Larry Laffer, een veertigjarige maagd met een ophogend voorhoofd en een slechte adem, zijn maagdelijkheid aan een hoer. Daarna komt hij een vrouw tegen voor wie hij allerlei cadeautjes moet kopen, aan wie hij grote geldbedragen moet overhandigen en waarmee hij eerst nog moet trouwen voordat hij van bil kan, om vervolgens – vastgebonden op het bed in de huwelijkssuite die hij zelf heeft betaald – te worden verlaten. Het is, kortom, een game over romantiek en seks, maar dan met een protagonist die geen verstand heeft van vrouwen.
Barbarian: The Ultimate Warrior
Games ontwerpen is een risicoberoep: designer Steve Brown stak in 1987 zichzelf bijna een oog uit toen hij zwaardbewegingen inoefende voor zijn nieuwe game Barbarian: The Ultimate Warrior. Hij wilde een vechtgame maken die was geïnspireerd door de Arnold Schwarzeneggerfilm Conan the Destroyer uit 1984. Een van de bewegingen in de game had hij rechtstreeks daaruit gepikt: het Web of Death, waarbij de krijger zijn zwaard ronddraait als een propeller. (Maar waarvoor hij, tijdens een inoefening van de beweging voor de animaties, zichzelf dus verwondde.) In plaats van de gewoonlijke ‘zwaardslag boven/zwaardslag onder’-bewegingen die soortgelijke games uit dat tijdperk nog typeerden, bewoog de barbaar die je bestuurde in deze game zich vlot over de arena, en ging hij met niet minder dan zestien verschillende moves in de aanval. Sommige daarvan waren een unicum dat sindsdien zelfs niet meer terugkwam, zoals een kopstootje wanneer je zwaarden tegen elkaar geklingd staan.
No Comments :